Een fruitige en kruidige wijn waarin de krachtige zonneschijn te proeven is. Redelijk geprijsde begeleider van pasta, pizza en andere simpele Italiaanse gerechten.

Deze wijn wordt gemaakt in samenwerking tussen de Cantina San Marzano (een locale cooperatie) en Farnese Vini (de producent van de Vesevo waarover wij vorige week schreven). Hij komt uit Puglia, of Apulië, zeg maar de hak van de Italiaanse laars. Er wordt wel gesuggereerd dat deze druif in de 7e of 8e eeuw voor Christus door de Grieken naar deze streek is gebracht. De Negroamaro druif, de naam refereert aan de donkere kleur van de druif, is typisch voor dit deel van Puglia (in andere delen van Puglia is juist de Primitivo dominant). Puglia strijdt met Sicilië om de tweede plaats van de meest productieve Italiaanse wijngebieden, met een jaarlijkse opbrengst van ruim 7 miljoen hl. (Veneto is overtuigend koploper). Jarenlang is productie hier geconcentreerd geweest op een hoge opbrengst per hectare, maar ook in dit gebied is men de laatste jaren heel hard bezig geweest met kwaliteit. Dat vertaalt zich niet altijd in een kwalificatie als DOC wijn (kwaliteitswijn vergelijkbaar met een appellation controlé status), omdat steeds meer wijnmakers er voor kiezen zich niet helemaal aan de strenge regels te houden. Ook de door ons geproefde Negroamaro is “slechts” gekwalificeerd als landwijn uit een specifiek geografisch gebied (IGP).
De Negroamaro druif heeft een zeer donkere schil. Het is een wat laat rijpende druif (later dan de in Puglia ook bekende Primitivo druif). De tanines in de wijn zijn meestal ook wat geprononceerder dan bij Primitivo. Vaak wordt de wijn van de Negroamaro gemengd met Malvasia Nero, maar dat is bij de door ons geproefde wijn niet het geval.

De druiven voor deze wijn komt van wijngaarden die op ongeveer 100 meter hoogte liggen in de heuvels tussen Brendisi en Taranto. In dit gebied kan het microklimaat nogal verschillen van heel warm tot matig warm (afhankelijk bijvoorbeeld van de vraag of de wijngaarden wel of geen verkoelende winden vangen). De druiven voor deze wijn komen uit een zeer warm gebied, met geringe regenval en staan op klei.
De wijn is helder en, vanwege zijn jeugdigheid, nog gesierd met een paarse zweem. We ruiken heerlijke rijpe zwarte kers en gestoofd fruit, een hint van zoethout en cacao. Bij het proeven valt onmiddellijk op dat de wijn frisser is dan wij verwachtten, het typische Italiaanse zuurtje houdt de wijn fris en elegant, mooi in balans en niet log. De tannines zijn duidelijk aanwezig maar mooi zacht. We proeven kers, framboos, kruiden (thijm) en een hint van cacao en vanille. Het klinkt haast tegenstrijdig: wij ervaren stevigheid enerzijds en elegantie anderzijds.

Wijn-spijs: de keuze is eenvoudig, dit is een wijn voor simpele Italiaanse gerechten: pasta, pizza en dergelijke.
De wijn kan best nog even liggen, maar is geen bewaarwijn. Wij kochten hem voor € 5,95 bij Ton Overmars in Amsterdam, maar bij de meeste winkels kost een fles ongeveer een euro meer. Wat ons betreft de moeite waard!